Skip to content

Redactiesommen – verhoudingen en procenten 1 (1f)

Verhoudingen

  1. Milner 30+ kaas kost op zeker moment € 12,00 per 1000 gram.
    1. Hoeveel kost 2500 gram van die soort kaas?
    2. Hoeveel kost 250 gram van die soort kaas?
    3. Voor hoeveel gram betaal je € 36
  2. Je krijgt 1 liter oranje verf door 4 liter rode en 2 liter gele verf te mengen.
    1. Je hebt 1 liter gele verf. Hoeveel rode verf moet je hierbij doen om oranje verf te maken?
    2. Hoeveel oranje verf heb je dan?
    3. Je wilt 4,5 liter oranje verf maken, hoeveel groene verf heb je nodig?
  3. Op een pak Optimel staat “Energie: 130 kJ (kilojoule) per 100 mL (milliliter)”.
    Hoeveel energie geeft een glas van 250 mL van deze joghurtdrink?

  4. Wat is goedkoper, 400 gram kaas voor € 4,90 of 450 gram kaas voor € 5,50?

  5. Je maakt 700 milliliter ‘natriumcarbonaat-oplossing’ van 3,75 gram/liter. (1 liter = 1000 milliliter). Hoeveel gram natriumcarbonaat heb je daarvoor nodig?

Procenten

  1. Schrijf als percentage:
    1. 0,25=…
    2. 0,375=…
    3. 0,001=…
    4. 3,14=…
  2. Bereken:
    1. 24% van 150
    2. 11% van 2150
    3. 3,4% van 15600
    4. 0,4% van 530

  3. Je hebt een harde schijf van 240 Gb (gigabyte). Daarvan is 64% inmiddels vol.
    Hoeveel Gb heb je nog over?

  4. Je zet € 3000,= op de bank tegen een rente van 5% per jaar.
    1. Hoeveel euro rente krijg je over het eerste jaar?
    2. Hoeveel euro rente krijg je over het tweede jaar?

Rekenen met procenten

  1. Hoeveel procent is
    1. 1/4 deel
    2. 1/8 deel
    3. 5 van de 40
    4. 12/50 deel
    5. 8 van de 25
    6. 11/500 deel

  2. Waarom is 1/3 deel niet precies 33%? Is het meer of minder dan 33%?

  3. In A2M07 hebben van de 30 leerlingen er 5 de rekentoets in één keer gehaald. In havo A2M08 hebben 3 leerlingen het gehaald en 21 niet. In welke klas is de rekentoets naar verhouding het best gemaakt?

  4. Van een ijsberg steekt maar een klein deel boven water uit. De verhouding van het deel boven water en het deel onder water is 1:7.
    1. Hoeveel procent van de ijsberg zit onder water?
    2. Een ijsberg heeft een volume van 900.000 m3. Hoe groot is het deel dat boven water uitsteekt?

  5. In een bepaald jaar ging 84% van alle 16 miljoen Nederlanders op vakantie. 75% daarvan ging naar het buitenland.
    1. Hoeveel Nederlanders gingen er dat jaar naar het buitenland op vakantie?
    2. Hoeveel procent van alle Nederlanders is dat?

  6. Eén van de bewoners van Lettele houdt een feest voor het gehele dorp. Er komen maar liefst 312 mensen. Dat is 60% van de bevolking van Lettele. Hoeveel inwoners heeft Lettele?

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *