1. Vul in
| Brood | 1 | 3 | 5 | 8 | 10 |
| Prijs | €1,10 | ? | ? | ? | ? |
| Prijs | ? | €0,09 | ? | ? | ? |
| Prijs | ? | ? | ? | ? | 0,90 |
| Prijs | ? | ? | €0,25 | ? | ? |
1. Wat is groter? 0,1 of 0,10?
2. Wat is zwaarder? 3,5 kg of 3,050 kg?
3. Een postzegel kost €0,11. Hoeveel moet ik betalen als ik 12 postzegels koop?
4. Ik heb €1,14. Ik koop snoep voor €0,34. Hoeveel geld heb ik over?
5. Hoeveel cent zit er in €1?
6. Hoeveel cent zit er in een halve euro?
7. Hoeveel €0,10 zit er in een halve euro?
8. Hoeveel €0,05 zit er in een euro?
9. Hoeveel €0,05 zit er in een halve euro?
10. Hoeveel €0,01 zit er in een euro?
11. Hoeveel €0,01 zit er in een halve euro?
12. Hoeveel cent zit er in €2?
13. Hoeveel cent zit er in €3,4?
Opdracht 14: Reken deze sommen uit.
Opdracht 15. Reken de sommen onder elkaar uit op papier
Opdracht 16. Reken deze sommen uit op papier
A. Ruuds liniaal is gebroken. Hij moet van zijn moeder een nieuwe kopen. Hij heeft €10 in zijn spaarpot zitten. Een nieuwe liniaal kost €5,38. Hoeveel heeft hij nog over.
B. Meneer Majd wil graag weten hoeveel liter frisdrank er gedronken is op het feest. Hij heeft deze informatie:
4,9 L Cola 12,7 L Fanta
17,8 L Seven-up 11,4 L Fernandes
45,1 L Cola Light 24,5 L Red Bull
Hoeveel liter frisdrank is er in totaal gedronken?